“De dagen” (Een saai verhaal in zeven delen) (1)

Dit wordt een saai verhaal. Er gaat weinig in gebeuren.

Ik ben nu 87 en uitgeleefd. Dat mag je wat mij betreft dubbel opvatten. De artritis logeert tegenwoordig in mijn botten en mijn brein denkt met tussenpozen: ‘Genoeg gedaan! Ik stop er even mee, doe het nou zelf maar.’ Tja, en dan ben ik aan de goden overgeleverd.

Ik heb een mooi leven achter de rug hoor. Ik leidde een avontuurlijk bestaan, heb veel gereisd en heb mijn steentje aan de wereld bijgedragen. Ik had een lieve vrouw die helaas veel te vroeg de aarde heeft omgewisseld voor een terugkeer naar wat zij zo mooi noemde: ‘Het Al’. We hebben één kind groot mogen brengen, maar die heeft het aardse ook al ingewisseld voor Het Al door domme pech: een bacterie die sterker was dan hij, nota bene op zijn achtenvijftigste verjaardag. Je hebt het niet voor het zeggen over hoe en wanneer je gaat. Ik ben er nog in ieder geval. Maar ja… in mijn uppie. Broers en zussen heb ik niet. En wat beleef ik nog?

Ik woon zelfstandig. Dat gelukkig nog wel, ben wat afhankelijk van thuiszorg en huishoudelijke hulp en de maaltijdbezorging zorgt ervoor dat ik me niet hoef te vermoeien met koken.
Raar wel. We aten altijd ’s-avonds, maar als je bejaard bent zoals ik, dan besluiten externen dat je opeens tussen de middag warm moet eten. Je kunt het natuurlijk wel ‘s-avonds eten, maar dan heb je een koude prak of een slap opgewarmde hap uit de magnetron.

Ach, ik geef me er maar aan over. Zoals aan zoveel dingen tegenwoordig. Mijn verhuizing bijvoorbeeld. We woonden riant, vrijstaand huis waar je omheen kon lopen en een tuin waar je u tegen kon zeggen. Maar ja, een man alleen, in zo’n groot huis, met de huidige woningnood. Dus ik heb besloten om maar een appartement te betrekken nabij een verzorgingsflat. Mocht de tijd rijp zijn, dan is de afstand niet zo groot zeg maar.

En nu breng ik mijn dagen door aan de tafel die ik persé bij het raam wilde hebben. Dan kijk ik uit op de straat en daar valt nog wat te beleven.
Zo reed er vandaag een lijnbus voorbij. Dat gebeurt nooit, want ik woon niet op een route. Dus wat ie hier deed? Geen idee. Daar kan ik me dan een hele ochtend mee zoet houden. Wat maakt nou dat die bus hier reed?

Ik zal er denk ik nooit achter komen. En áls ik er achter kom… wat dan? Dan kan ik die kennis mee het graf in nemen en ben ik een gezegend mens of zo.

Ik zei het al… Dit wordt een saai verhaal. Er gaat weinig in gebeuren.

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Dates” (Een weekfeuilleton) (Slot)

Ik kom zojuist van een speeddatesessie vandaan.
Gewoon om het eens mee te maken. Ik weet niet hoeveel mannen ik drie minuten heb gesproken. Maar het zijn sowieso gewoon teveel. Ik denk dat ‘de man’ gewoon een specimen is dat niet bij me past.

Ik moet letterlijk bijkomen van wat me deze middag allemaal is voorgeschoteld.
Natuurlijk waren het allemaal vriendelijke gesprekjes. En natuurlijk zat er heus wel een potentiële kandidaat tussen. Maar ze hebben allemaal wel wat. Een geur die me niet bevalt, een zenuwtrek, een oogopslag om over de inhoud en de rest nog maar te zwijgen. En tjesus… wat móest ik daar? Dat naarstige overdreven gezoek naar ‘hebben we een klik of niet?’.

Nee, daten is niks voor mij. En single zijn is zo gek nog niet. De wanhoop in een mens om alleen over te blijven… ik ken hem niet. Het bevalt me prima in mijn uppie. Nogmaals, het is mijn omgeving en met name de stelletjes die pushy worden om me te koppelen. Klaarblijkelijk kunnen zij niet alleen.

Ik ben gelukkig in mijn uppie. Ik heb een prima klik met mezelf. En mocht er iemand rondlopen met wie ik een klik voel, dan vind ik dat vast leuk. En zo niet, het is mij om het even.

Kijk mij nou heerlijk ontspannen zitten hier in mijn stamkroeg aan de leestafel. Geen gedoe. Niemand die iets van me wil en niemand bij wie ik iets ‘hoef’. Bevalt me prima.

“Hallo?”
“Hallo…”
“Annejet?”
“Nee, sorry… ik ben Margreet.”
Leuke man…
“Vreemd, ik zou een date hebben hier… maar ze komt niet opdagen klaarblijkelijk.”
“Ach dat is ook wat.”
“Het is mijn eerste date ever… na het overlijden van mijn vrouw twee jaar geleden. Een man moet wat.”
“Och, wat naar om te horen. Gecondoleerd”
“Dank u.”
“Zeg maar je hoor… Zal ik de plaatsvervangende date voor je zijn?”

Wat zeg ik nou?!

“Dat zou wel heel raar zijn natuurlijk. Maar ja. Ik ben er nou toch.”
“Ga zitten. Wat wil je drinken? Ik trakteer!”
“Oh nou… da’s aardig. Doe maar een biertje dan.”
“Ik ben Margreet, aangenaam.”
“Aangenaam. Bert. Bert Prins”

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Dates” (Een weekfeuilleton) (6)

Ik heb de criteria aangepast op mijn profiel. Gewoon rechtstreeks erop gezet: “Mannen die indruk op me willen maken mogen thuisblijven.”
Ik had verwacht dat het daarna wel even stil zou zijn in Matchland. Maar dat viel tegen. Nu gingen al die mannen opeens indruk maken met hoe goed zij zijn in: ‘Geen indruk willen maken’.
Maar het bracht me wel bij een grappig experiment: Wat als ík eens indruk ging maken?

Omdat ik een betaald account heb op de datingsite, kan ik zien welke mannen mij geliked hebben. Daar heb ik de allersaaiste van het stel geliked. Ping! Match!
En toen maar wachten.
Ik zweer het! Drie minuten duurde het en toen kreeg ik al een berichtje in mijn chatbox.

“Hallo!”
“Hallo!”
“We hebben een match…”
“Nou en of!”
“Leuk.”
“Nou en of! Zullen we snel een kop koffie gaan drinken ergens?”, die man die moet zich ter plekke verslikt hebben haha.

Er draait zwoele muziek in de kroeg waar ik nu zit.
Ik heb een zwart leren rokje aan met een split die tot de bovenkant van mijn pantykousen reikt hoog op mijn dijbeen.
Daarop heb ik een getailleerde blouse aangedaan en een pushup, zodat mijn decolleté onontwijkbaar is. Die man heeft geen idee waar ie zijn ogen beleefdheidshalve moet laten straks haha.
Een kort rood jasje maakt het af. Opvallend strakke lipstick, wat lichte accenten op mijn wangen en niet al te zware lijntjes bij mijn ogen. Ik lijk tien jaar jonger dan op mijn profielfoto.

Kijk, daar is ie. Hij komt wat twijfelend op me af.

“Ehm… bent u toevallig Margreet?”
“Dat ben ik zéker tijger… ik zat al op je te wachten…”
“Oh, sorry dat ik wat laat ben…”
“Ik houd daar wel van Johannes… van mannen die een vrouw laten wachten.”

Haha. Die ogen! Hij weet zich geen raad met ze! 

“Oh… nou…ehm, zal ik plaatsnemen?”
“Graag mooie man… dan kan ik je in de ogen kijken. Wat ga je drinken van me?”
“Gewoon een kopje thee alstublieft.”
“Zo zo… niet iets sterkers? Is het niet tijd voor wat bubbles, als opwarmertje voor… wie weet?”
“Als u denkt dat dat beter is…”
“Och lieve jongen je zegt steeds ‘u’… zullen we de beleefdheden achterwege laten en direct wat ehm… ‘dichterbij’ komen?
“Ah… ja, natuurlijk, als u eh… je daar prijs op stelt?”
“Graaaauw”

Arme ziel, hij trilt helemaal en hij trekt wat bleek weg… Het zweet breekt hem uit. En dan die ogen die maar op en neer schieten tussen mijn ogen en mijn borsten.

“Als ik u eh… je niet ontrief, dan ga ik nog even naar het toilet.”
“Dat is goed hoor tijger… niet stiekem weggaan he? Dan zal ik je straks piekfijn uitleggen waarmee je een vrouw als ik behaagt, hoe je een was draait, wat de meest efficiënte manier is om een pantykous aan te doen en waar lipstick van is gemaakt. Dan wachten we daarna nog even op Shirly, mijn vriendin, die komt over een kwartiertje. Je zult haar fantastisch vinden. Wie weet wat de avond ons brengt…”

‘Naar het toilet’ zei hij. Ik wist niet dat je daarvoor naar buiten moest… Hahaha wat kan daten leuk zijn!

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Dates” (Een weekfeuilleton) (5)

Sinds mijn vrienden weten dat ik op het date-pad ben, heb ik opeens veel meer aanloop van ze. Vooral van mijn mede single vriendinnen. Die willen alles weten van mijn avonturen, waar ik ze dan ook in geuren en kleuren over vertel. En het valt me op dat ze altijd wat bedremmeld weer weg gaan.
Ik hoorde er laatst een mompelen: “Ik weet niet of ik ooit nog wel wil daten…”

Ikzelf hang daar nog niet uit, omdat ik het wellicht naïeve vertrouwen heb dat er toch wel ergens één normale tussen zal lopen. Toch? Of moet ik zeggen ‘abnormale’?
Daarnaast vind ik het steeds fascinerender worden hoe het er aan toe gaat in Datingland.

Ik zit nu te wachten op Ferdinand. Docent op een hogeschool. Hij trok mijn aandacht omdat hij zei van wandelen te houden. Een buitenmens dus. En hij houdt van gezelschapsspelen. Hij kan me in nieuwe werelden trekken zeg maar, want ik speel weinig spelletjes.

“Hallo?”

Gunst daar is ie al!

“Hey! Ik schrik ervan hihi.”
“Nou… zo onverwachts is mijn komst toch niet haha?”
“Nee, maar ik zat wat voor me uit te mijmeren. Ik ben Margreet. Ga zitten.”
“Dank je, ik ben Ferdinand, aangenaam.”
“Wist je dat schrikken je lichaam in een mum klaarmaakt voor actie? Vechten, vluchten of bevriezen.”
“Oh… ja nu je dat zo zegt klinkt dat wel logisch eigenlijk”
“Gebeurt in de amygdala, de amandelvormige kern in je brein.”
“Ah.”
“Je lichaam heeft adrenaline nodig en die wordt in een ultra hoog tempo door je lijf gejaagd.”
“Oh.”
“Dus jij zit vol adrenaline dus. Ja je zit als mens gecompliceerd in elkaar. Ik kan je er veel over vertellen.”
“Is dat je vak op school? Natuurkunde?”
“Nee ik geef techniek. Maar dit is biologie.”
“Ah”
“Wordt heel veel door elkaar gehaald, Biologie en natuurkunde.”
“Ja?”
“Ja. Ik zal het je eenvoudig uitleggen. Natuurkunde houdt zich bezig met de levenloze natuur. Biologie met de levende.”
“Nou, het is me wat. Zal ik de ober even roepen? Wat wil je drinken?”
“Ik ga voor een koffie. Een doppio.”
“Oké”
“Dat is Italiaans, voor dubbel. Ik krijg in feite een dubbele espresso.”
“Ah…”
“Doppio is een afgeleide van de Latijnse woorden Dous en Plus, ‘Duplus’. Duplex voor meervoud.”
“Nou, jij weet er veel van zeg.”
“Ach… wat is veel.”
“Waar is de ober toch?”
“Ze hebben allemaal te kampen met te weinig personeel. Nou denk je wellicht dat dat door de coronacrisis komt. Maar dat is te eenvoudig gedacht. Het is ook simpelweg de vergrijzing. En we maken een economisch groei door. Dat vraagt om personeel.”
“Wat maakte dat je bent gaan daten, Ferdinand?”
“Mannen, daten niet alleen voor de seks. Dat is een misvatting. Veel mannen daten omdat ze eenzaam zijn. Of omdat ze iemand nodig hebben om zich aan vast te houden.”

Mijn god… ik hoop dat ik aan het eind van dit college een certificaat krijg. “Margreet van den Oever, heeft haar deelname aan het mansplainingscollege met goed gevolg afgerond.”… Tot hoe laat duurt dit lesuur?

(Morgen meer)

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Dates” (Een weekfeuilleton) (4)

Ik vraag me oprecht af waarom ik het doe, dat daten. Zou er een bioloog in mij schuilen die het specimen ‘man’ een boeiende diersoort vindt? Want eerlijk is eerlijk… ik kijk met oprechte verbazing naar hoe die exemplaren met wie ik afspreek zich gedragen.
Ik zou er een dagboek over vol kunnen schrijven.

En het onderzoek gaat ook vandaag voort. Ik ben het veld weer in om te zien wat de dag me vandaag gaat brengen. Object van onderzoek: Lennard. Muzikant. Dat op zich vind ik al interessant. 

Hij beschreef zichzelf als ‘Extravert en een romanticus die met beide benen op de grond staat’. Dat ‘romanticus’ kan me gestolen worden maar dat ‘met beide benen op de grond’ spreekt me dan weer aan. Ben benieuwd hoe de combinatie is.
‘Een avonturier met een open hart’, schreef hij ook. Geen idee wat ik me er bij voor moet stellen. Maar het triggerde iets in me.
Ik vond hem aantrekkelijk op de foto’s. Hij had er over nagedacht. Twee foto’s en-profil, twee foto’s van opzij, links en rechts, waarbij hij geïnteresseerd in de camera keek. En een foto ten voeten uit. Die laatste weliswaar liggend op het gras, maar toch gaf het me een goede indruk van een ontspannen gast met iets, nou ja, iets avontuurlijks dan toch.

Hij zit er al zie ik. Of niet? Oh toch wel… ik was wat in de war omdat hij aan een tafeltje zit met twee dames. Zullen wel fans zijn van hem dan, hihi.

“Hallo.”
“Hé, hallo!”
“Lennard?”
“Jazeker. Leuk je te ontmoeten Margreet. Fijn dat we elkaar live zien.”
“Ja, eh… Margreet dus. Wederzijds. Stoor ik?”
“Nee! Nee zeker niet. We zaten al op je te wachten.”
“Eh… ‘We’?”
“Ja, oh sorry. Dit is Simone”
“Dag Simone”
“Hoi”
“En dit is Frederieke”
“Hoi”
“Hoi Margreet, leuk je te zien!”
“Ga zitten, ga zitten. Wat wil je drinken?”
“Nou… een kopje kruidenthee graag. Zijn Frederieke en Simone je dochters?”
“Wat? Nee, haha. Zo oud ben ik nou ook weer niet haha.”
“Oké. Nou ja ik dacht dat ik met jou… eh samen. Nou ja… komt wel.”
“Ja, we overvallen je ermee, dat snap ik. Maar Frederieke en Simone zijn mijn geliefden. We hebben een polyamoreuze relatie.”

“Pardon?”

“Ja, ik houd dus van meerdere vrouwen tegelijkertijd en zij van meerdere mannen. Daar zijn we heel vrij in en daar zijn we heel open en transparant in.”
“Oh… nou dat overvalt me inderdaad wel een beetje. Wat zeg ik? Behoorlijk! Ik geloof niet dat ik… of dat we… of… nou ja, ik weet even niet wat te zeggen nu.”
“Nee, snap ik. Excuses dat ik het niet eerder heb verteld. Maar ik vond je zo leuk op de app en ik wilde je niet van te voren afschrikken. Frederieke en Simone vinden je ook leuk. Toch, meiden?”

“Ik denk dat ik maar weer ga.”
“Ah nee, wacht nog heel even. Drink gewoon even een kopje thee met ons. Dan vertellen we je er alles over. Je mag ons alles vragen en dan kun je altijd nog besli… Margreet?”

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Dates” (Een weekfeuilleton) (3)

Ik heb dus klaarblijkelijk zo mijn criteria als het gaat om daten. Ik wist het niet, maar ik lijd aan voortschrijdend inzicht geloof ik.
Dus deze date heb ik vooraf maar een vragenlijst toegestuurd. 

Rook je?
Heb je huisdieren? Zo ja, welke?
Welke allergieën heb je?
Lust je gluten?
Als een bij of wesp je prikt, zwel je dan op?
Wat gebeurt er met je als je een pinda ziet?
Ben je wagenziek?
Op welke hoogte krijg je de eerste verschijnselen van hoogteziekte?
Claustrofobie, ja of nee?
enz.

Hij moest er om lachen schreef hij, ‘Niets van dit alles’. Hij moest eens weten hoe serieus ik was.
Hij stelde voor om af te spreken in een goed restaurant. Hij zou trakteren.
Nou, dat klonk goed.

Och kijk… hij zit er al, aan een wijntje. Dat ziet er gezellig uit. Nou kijken of ie me een hand durft te geven. 

“Hallo?”
“Hé, hallo!”
“Jij moet Ronald zijn.”
“Dan moet jij Margreet zijn.”
“Als geen ander!”

Kijk, hij geeft me een hand. Check!

“Aangenaam.”
“Aangenaam.”
“Je ziet er in het echt net zo mooi uit als op de foto Margreet!”

Oké… een slijmjurk dus.
Kom op Margreet, je bent nog geen drie tellen in zijn buurt en je hebt jezelf al een oordeel gevormd. Geef die man een kans!

“Kom er gezellig bij zitten Margreet. Wat wil je drinken? Wit wijntje? Of liever rood? Iets sterkers mag ook? Bubbels? Sherry? Port?”

Tjesus… is ie ober of zo? Kalm aan Margreet. Hij bedoelt het goed.

“Doe maar een wit wijntje”
“Hier, laat me je jas aannemen Margreet!”
Slijmjurk, ober, én streber… heb ik weer.
“Dankje, hoe galant!”
“Ach opvoeding he? Is er bij mij in gerámd vroeger. ‘Dames behandel je met respect!’ “
“Ja… dat waren nog eens tijden.”
“Nee, maar tóch Margreet, ik vind dat een man een dame op een voetstuk hoort te zetten.”
“Ja? Zit dat er nog steeds een beetje in?”
“Een dame is een te koesteren diamant Margreet. Daar moet je zuinig op zijn.”
“Zo zo…”
“Ober! Deze dame wil graag een van uw beste witte wijnen proeven.”
“Ik zal de kaart voor u halen mijnheer”
“Dank u.”
“Nou… doe maar gewoon een chardonnay-tje hoor….”
“Nee nee Margreet, alleen het beste is goed genoeg voor een dame. Voor minder ga ik niet.”

Ik weet niet waar dit heen gaat en hij zal het vast goed bedoelen, maar ik ben bang dat iemand al van het podium geflikkerd is. En ík ben het niet.
En kan ie niet ophouden met dat geMargreet?

“Vertel eens Margreet kom je hier vaker?”

Hoe kom ik hier weg?

“Nou nee, niet heel vaak. En jij?”

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Dates” (Een weekfeuilleton) (2)

Goed. Opnieuw. 
Die twintig jaar te oude wandelende asbak is het niet geworden.
We zijn vier dagen verder. Een nieuwe match. Een ander restaurant. Een tafel voor twee. 
Ben benieuwd.

Dat matchen valt nog niet mee trouwens. Ik weet niet wat mannen bezielt, maar in Lycra kom je echt niet op je mooist uit. En zet die fietshelm af op je profielfoto. Ik wil zien hoeveel haar er op je kop zit.
Ik raak trouwens helemaal niet enthousiast als jij aan de waterkant een of andere lelijk nat glibberig beest met een hangsnor aan me laat zien. Of dat je met een biertje in je hand met je vrienden elkaar ‘oh wat zijn we grappig’ hazenoortjes geeft in de kroeg, spreekt óók niet in je voordeel.
Verhuld in je lederen motorpak met je volledige integraalhelm op je kop maakt me écht niet nieuwsgierig naar je.
En wat bezielt je in godsnaam om een foto te plaatsen waar je ex op staat die je vervolgens met zwarte stift onherkenbaar maakt?
En dan al die foto’s in de auto, camera op navelhoogte zodat alle onderkinnen zichtbaar worden.
Och… wat heb ik veel naar links moeten swipen.

Maar goed, deze zag er wel aardig uit. Leuke foto waar ie echt energie in had zitten. Een goeie kop en zelfs een foto ten voeten uit, waarin hij ontspannen tegen een lantaarnpaal leunde. Deze had in zijn profiel gezegd: What you see is what you get. Ik houd van wandelen, een filmpje pakken, ben reislustig en ben liefdevol.

En we hadden een match waarop hij direct initiatief nam tot contact.

So far so good.

“Hallo?”
“Oh… hallo!”
“Ik ben Tom. Leuk je te ontmoeten”
“Dag Tom.. leuk om jou te ontmoeten. Ik ben Margreet”
“Ik ga je geen hand geven Margreet!”
“Oh?”
“Ik weet namelijk niet wat je gegeten hebt de laatste twintig minuten.”
“Ehm… Oké….”
“Stel dat je pinda’s hebt gegeten… ”
“Ik geloof niet dat ik pinda’s heb gegeten of zo.”
“Ik moet het zeker weten, anders kan ik je geen hand geven.”
“Want?”
“Ik denk dat ik een pinda-allergie heb. Als ik in aanraking kom met pinda’s gaat het misschien wel mis.”
“Oh jee… in de zin van…?”
“Daar kan men aan doodgaan.”
“Oké… Koffie?”
“Nee dank je, ik verdraag geen cafeïne geloof ik.”
“Thee dan?”
“Nee… théïne…”
“Nou… glaasje water dan maar?”

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Dates” (Een weekfeuilleton) (1)

Dat ik single ben is voor mij eigenlijk niet zo’n probleem. Het zijn mijn vrienden die er een probleem mee hebben. 
‘Zeg… kom je vanavond bij ons chillen? We hebben Dinges ook uitgenodigd. Jullie zouden een leuk stel vormen! Wie weet?!’ En dat soort dingen.
Of… ‘Ga je alleen op vakantie?!’ Als ze niet aan het pushen zijn zijn ze wel aan het vissen. Ze kunnen het op de een of andere manier klaarblijkelijk niet verdragen dat ik alleen door het leven ga.
Als ik ooit eens vertel ik dat ik met iemand uit eten ga dan zeggen ze meteen: ‘Oooooh?’ waarin ze het pushen en vissen combineren. Ik vind mijn vrienden op dat vlak vermoeiend.

Maar goed… om van al dat gezeik af te zijn ben ik maar gaan daten. Of zit ik mezelf nou voor de gek te houden? Ben ik toch wanhopig? Waarom zit ik hier eigenlijk? Ongelukkig te zijn met mezelf aan een tafeltje in een saaie bar met niet teveel herrie omdat je elkaar dan tenminste kunt verstaan.
Wachtend op mijn eerste Tinderdate ever.

Ik vind het doodeng.

Hij zag er leuk uit op de foto. Sportief. Zijn profiel sprak me ook aan en tot mijn schrik hadden we na het swipen een ‘match’!
Hij reageerde vrij snel. We hadden een leuke chat en nou zit ik hier best wel zenuwachtig te zijn. Ik moet natuurlijk een goede openingszin hebben. En waar hébben we het over straks?
Ik ga weer naar huis denk ik. Ik wil dit niet. Ik…

“Hallo?” 
“Ehm… Hallo…” 

Wacht even… wie is dit?

“Margreet!”
“Ehm ja…”
“Ik ben Henk dus…”

Gatver die gast is 20 jaar ouder dan op zijn profielfoto! En er hangt een geur van asbak om hem heen. Hij rookt! 

“Oh ehm… leuk je te ontmoeten.”
“Ja! Spannend hoor…”
“Ja… dat vind ik ook.”
“Koffie?”

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Restafval” (Een toneelstuk in 7 bedrijven)

ZEVENDE BEDRIJF (Slot)
(Licht Fade-in) (Toneelbeeld: Het is  donker. Bea en Frank zitten in het licht van de lantarenpaal met hun buit om zich heen verzameld.

Frank:
Opvallende feiten uit zak 1: Verpakkingen van suprise eieren. Verpakking van de Donald Duck. Verpakkingen van shag. As ook en peuken. Chips van het goedkoopste merk. Fles Glorix. Vlapakken, en yoghurtpakken. Verpakkingen van vleesvervangers. en de rest… Maar dit lijken mij voldoende aanwijzingen.

Bea:
“Een familie met kleine of kinderen. Weinig geld en niet al te hoog opgeleid. Een vader én een moeder. Rokende. Welke van de twee is niet duidelijk. Niet milieubewust. Maar wel vegetarisch.”Ik denk de familie op de Mesdaglaan op die hoek.

Frank:
Ah! Interessant. Namen en rugnummers zelfs.

Bea:
Ja… Ik weet het niet. maar het kán.

Frank:
Ja… het kán. Het kan ook niet… Hoezo: “Niet al te hoog opgeleid”?

Bea:
Vlaflips

Frank:
Vlaflips?

Bea:
Ja… een hoog vla en yoghurt gehalte. En er lag een fles aardbeiensiroop tussen toch ook?

Frank:
Ja… maar ook een Cosmopolitan.

Bea:
Ja, dus?

Frank:
Ik kan het niet rijmen.

Bea:
Ik ook niet. Kan gevonden of gejat zijn… En we moeten het doen met onze aannames
Opvallende feiten uit zak twee:
Tuinafval. Een jurkje met een gat erin. Een kapotte panty. Sinaasappelschillen van een citruspers actie. Een best nog goede afwasborstel. Een kerstkrans. Zakjes van hondensnoepjes. Een gebroken koffiekopje. Én… een koptelefoon zonder stekker

Frank:
“Een oudere alleenstaande dame. Weduwe wellicht. Eet gezond. Heeft een hondje -logisch-  en…”

Bea:
Of zorgt voor een hondje.

Frank:
Whatever… iets met een hondje. Is teleurgesteld in de liefde. Eenzaam.

Bea:
Hoezo dát dan?

Frank:
Het gebroken kopje. Heeft ze in een boze bui naar een vrijer gegooid. En de stekker van haar koptelefoon gerukt omdat ze die romantische muziek niet meer kon dragen.

Bea:
Nou… jouw fantasie slaat wel heel makkelijk op hol.

Frank:
Die van jou ook toch?

Bea:
Ik vond mijzelf best realistisch.

Frank:
“Vlaflips…”

Bea:
“Stekker er afgerukt omdat ze de romantische muziek niet meer aankon…?”

Frank:
Én dat schilderij. Dat portret. Hij heeft haar bedrogen. Zij schildert en heeft hem geportretteerd. Maar ze mot ‘m niet meer.

Bea:
Je zou schrijver moeten worden jij. Je weet het wel te verzinnen.

Frank:
Misschien ben ik dat wel…

Bea:
Echt?

Frank:
Voor mij een weet… voor jou een vraag.

Bea:
Jij bent geen schrijver… Als je al struikelt over een Zweeds Raadsel…

Frank:
Aannames, aannames, aannames…

Bea:
Zullen we het cadeautje openmaken?

Frank:
Of we laten het dicht…

Bea:
Waarom?

Frank:
Om wat te raden over te houden.

Bea:
Aaah?

Frank:
Nee écht…

Bea
Waarom dan?

Frank:
Luister… voordat we hierin doken kenden we elkaar niet. 

Bea
Nog steeds niet.

Frank:
Klopt, maar béter dan hiervoor. Nu duiken we in de grote bak met aannames. Kennen we onze buren nu? 

Bea
ehm… nee.

Frank:
Precies.
We proberen nu via het afval van de buren hen te leren kennen.
Lafbekken zijn we.

Bea:
Pardon?

Frank:
Lafbekken. Om via andermans shit een oordeel te vellen. Als een stel hondjes ruiken we aan de konten van de buren. Hun afval, om te raden wie ze zijn. En we weten nóg niks. Dat cadeautje staat voor... ehm... 
Dat we zolang we geen contact maken, we het cadeautje weggooien van 'de ander leren kennen'.
...
Weet je wat ik ga doen? Ik ga naar de Mesdaglaan. Op de hoek. Ik ga ze uitnodigen voor een kop koffie.

Bea
Tjesus. Jan Moraal komt opeens naar boven.

Frank:
Ja!

Bea
Ja…
Weet je wat?

Frank:
Je gaat mee?

Bea
Ja.

(licht fade-out)

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

“Restafval” (Een toneelstuk in 7 bedrijven)

ZESDE BEDRIJF
(Licht Fade-in) (Het schemert)
(Toneelbeeld: De benen van Frank steken uit het deurtje aan de zijkant van de container Zijn lijf bungelt de diepte klaarblijkelijk in.. Er staan nieuwe zakken naast)

Frank:
Hoeveel wil je?

Bea:
Ja, weet ik veel… doe maar wat.

Frank:
Gatver…

Bea:
Wat?

Frank:
Luiers!

Bea:
Yeagh!
Zat je er in?!

Frank:
Nee… maar had ze wel beet…
Hier!

Bea:
(Deinst achteruit. Er verschijnt een geknakte schilderijenlijst met portret uit het deurtje)
Oh… Haha
(Bea pakt het aan)
Ah… Kijk nou!

Frank:
Hier!
(Er wordt een doos aangegeven.)

Bea:
Wacht!
(Legt schilderij neer, pakt doos aan)
(Zet doos neer en kijkt door het deurtje mee met Frank de container in.)
Jeetje je ziet amper wat!

Frank:
Ja!
Wacht, wacht… wat is dit?
(Gekreun en geworstel)

Bea:
Gaat het?

Frank:
Nee… Kut het glijdt weg!
(Nog meer gekreun en geworstel. De benen van Frank schuiven wat naar voren)

Bea:
Wacht!
(Pakt de voeten van Frank)

Frank:
Ho! Nee! Wat doe je? Gek! Stop!

Bea:
Zakken maar!

Frank:
Nee! Straks flikker ik er in!

Bea:
Ik heb je toch!

Frank:
Ja… en wat zegt dat?

Bea:
Dat ik je heb!
“Slecht van vertrouwen”

Frank:
“Denkt realistisch en schat gevaren goed in.”

Bea:
Gaat dat over mij of over jou?

Frank:
Over mezelf natuurlijk. Leg me neer!

Bea:
Nou, kom op, stel je niet aan en geef je over!

Frank:
Als ik erin val weet ik je te vinden!

Bea:
Als je er nog uitkomt.

Frank:
Dit is niet echt helpend.

Bea:
Vertrouw me nou maar.

(Gedoe. Frank hangt op zijn diepst in de container. Bea houdt zijn benen stevig beet.)

Frank:
Hebben! Omhoog!

Bea:
Wacht, wacht!

Frank:
Au…au… au… AU

Bea:
Ja… Kut! Dit gaat niet!

Frank:
Nee! Kut! Au! Terug terug terug!
Laat me maar los!

Bea:
Dan val je erin!

Frank:
Ja! Komt goed.

Bea:
Zeker?

Frank:
Ja

Bea:
(Laat hem voorzichtig los. De benen van Frank zakken de diepte in.)
(Gestommel.)
Dan komen de handen van Frank naar buiten met een pakje in cadeaupapier)

Frank:
Alsjeblieft!

Bea:
Nou jaaaaa!

Frank:
(Klimt naar buiten de container uit.)

Bea:
I’m impressed.

Frank:
Nou… laat de buurt zich maar kenbaar maken.

Bea:
We beginnen met deze!

Frank:
Nee! die bewaren we voor het laatst juist!

Bea:
Echt? Aaaah?

Frank:
(Loopt naar de twee grote zakken, trekt ze open en schudt ze leeg.)

(Licht fade-out)

Krijg dagelijks een vers vers per email

We sturen je geen spam! Lees ons privacybeleid voor meer informatie.

Vergedichten

Wanneer ik in mijn ogen kijk
Zie ik de mooiste vergedichten
Ik schrijf zover de hemel reikt

Ik schrijf zolang de hemel rijkt
Over de mooiste vergedichten
Wanneer ik in mijn ogen kijk