er lag vandaag een vrouw op straat haar benen half in een spagaat manlief stond er onbeholpen naast wist niks te doen, zoals dat gaat ik schoot te hulp zo ben ik wel want ik doe graag een goede daad ik vroeg hoe of het met haar ging ja, niet zo goed, sprak ze kordaat, voorzichtig hielp ik haar omhoog totdat ze zat, zo goed als kwaad, (toch handig wel dat her en der langs weg en straat een paaltje staat dat leuning biedt aan mens in pijn lang leve dus RijksWaterStaat!) ze waren fietsend in de zon met sturen in elkaar geraakt enfin ik belde dus de één één twee die stuurde na een kort beraad een ambulance ons ter hulp de broeder bracht haar adequaat met been gestrekt naar het ziekenhuis dat stond aan’t einde van de straat dat is echt waar, ’t was zo dichtbij maar in haar pijn zat het hiaat we kregen haar er niet naar toe een ambulance gaf meer baat het voelde stom het zo te doen toch was mijn keus hier obligaat de broeder die begreep het wel en heeft mijn schaamte weggepraat dat gaf me moed en zekerheid dus mocht het nodig zijn, dan inderdaad waar je ook tegen de vlakte gaat uw Hugo staat gewoon paraat
___
Gedicht: © Hugo Vos
In vorm blijven. Dat is de kunst. Iedere vrijdag in 2022 giet ik mijn woorden in een voorbedachte vorm. Welke vorm ik kies hangt af van in welke vorm ik zelf verkeer. Want vormgeven is soms hard werken.
Gekozen versvorm van vandaag:
Ghazel (Ook wel Ghazal genoemd).
Strofen van twee regels met een seriedicht. aa, ba, ca, da enz.
Oh ja, en volgens drs. P moet in de laatste regel de naam van de schrijver staan. Ik weet ook niet waarom. Maar het is wel een leuke uitdaging.
Was ook best wel weer een puzzeltje om het (waargebeurde) verhaal dat ik er in wilde vertellen een beetje kort en bondig er in te frotten. Dat is me redelijk gelukt vind ik zelf.