terwijl het buiten kilt en guurt de vorst haar adem over aarde stuurt de straten leeg zijn van verdriet treur ik niet, nee treur ik niet want in mij warmt het en het straalt het nieuws dat vast geen covers haalt gaat in mij rond als vuur zo vlug ze komt weer terug, ze komt weer terug het kleurt en viert weer in mijn hart er komt een einde aan het zwart mijn lippen lachen ondertussen we gaan weer kussen, we gaan weer kussen ik deur mijn woning wijd wijdopen en kan alleen maar blijven hopen dat het contact van onze lijven zal blijven blijven blijven blijven