Selecteer een pagina

Er blijkt nog een wereld te bestaan ónder de goot. Je kunt nog dieper zinken zeg maar. Daarover later meer. 

Maar eerst: Hoe komt een man als ik in de goot terecht? Ik heb gestudeerd, woonde riant, had een partner die zei van me te houden en had een hond. Die laatste is de enige die bij me is gebleven.
Hoe kom ik dan in de goot terecht? Nou, ik kan je vertellen, dat gaat verdacht gemakkelijk. Kwestie van op straat gezet worden door je partner en klaar is Kees. Oké, daaromheen zijn er natuurlijk nog wel wat helpende omstandigheden. Geen vaste baan hebben, weinig vrienden hebben en afgesloten worden van de jou toebehorende geldstromen. Voila! Hét recept. Oh ja, en je moet een blind (lees: naïef) vertrouwen hebben in de mensen om je heen.

Nou zie ik je al denken: Je zult het er zelf wel naar gemaakt hebben! Je zult wel vreemd gegaan zijn of zo. Iets totaal verbruid hebben. Je vrouw geslagen… dat soort dingen. Maar nee, niets van dit al. Mijn vrouw is vreemd gegaan. Wat zeg ik…? Mijn vrouw is de vereenzelviging van vreemdgaan. Ze had een léven. Ging naar feestjes en (vrij-)partijen. Verbraste mijn zuurverdiende centen alsof het mariakaakjes waren. Neem me ten goede, ze hield er geen luxeleven op na, hoefde geen dure spullen, maar hield gewoon van avontuur. Nou, dat heeft ze opgezocht. Met mijn medeweten. Natuurlijk met mijn medeweten. Als zij maar gelukkig was.

Mijn vrouw heeft natuurlijk ooit wel pogingen gedaan mij mee te krijgen naar haar kringen. Maar ik heb steevast vriendelijk bedankt. Ik ben daar niet van. Geef mij een goed boek of een interessante documentaire op de televisie en ik ben tevreden. Hond aan mijn voeten en mij hoor je niet. Een modern klassieke componist uit de CD-speler maakte het voor mij vaak al wild genoeg.

Ze kwam natuurlijk allerlei interessante mannen tegen tijdens haar escapades. Ze vertelde er weinig over maar vaak kon ik aan haar uitstraling al wel zien of ze een fijne avond had gehad of niet. Ik kon zelfs zien of ze een fijne vrijpartij had gehad of dat het maar zo-zo was geweest. Ook haar verliefdheden kon ik ‘lezen’. Alleen die laatste had ik niet aan zien komen. Zelfs niet toen hij voor me stond. In de huiskamer. 

‘Als zij maar gelukkig is.’ Ik zag dat zelf wel als een prijzenswaardige eigenschap van mezelf. Maar ergens was ook daarin een grens ontdekte ik. Zowel bij mezelf als bij haar.

“Dit is Frank,” zei ze, “en we moeten praten.” Nou, het kwam er op neer dat ze helemaal weg was van Frank. Dat hij alles had wat ze in mij miste. Hij zou de komende tijd op mijn plek in het bed liggen. En dat ik de keuze had: De logeerkamer, of vertrekken. Ze vond het tijd worden dat ze ‘duidelijk werd’.
Misschien had ik er toen beter aan gedaan om voor de logeerkamer te kiezen. Maar ik wilde haar geluk niet in de weg staan. Dus ik vertrok. Mét Puk. Diezelfde avond nog begon ons leven op straat.

(Morgen meer)
___________
2023 ©Hugo Vos

Om zijn proza-pen te scherpen schrijft én publiceert Hugo Vos iedere avond in 2023 een klein stukje van een kort verhaal. 
Op zondagavond begint hij, om vervolgens pas de volgende avond verder te schrijven. Een hele week lang. Op zaterdagavond moet het verhaal tot een einde komen. Geen idee waar hij uitkomt. Geen idee of het lukt. Een jaar lang. Iedere week opnieuw.

(Heb je een leuke titel, een foto of een thema als input voor een nieuw verhaal? Voel je vrij om je suggesties te droppen. Wie weet pakt hij het op.)

Dit delen: