De avondklok... Ik heb er maar een liedje op herschreven. (Naar: Het kleine café aan de haven van Pierre Kartner) De avondklok tikt over straten en pleinen Het zwarte gat valt in de stad En mensen die stil In hun huizen wegkwijnen Zij hebben het nou wel gehad De neonreclame tikt zinloos op ramen Het motregent somber op straat De stad is gestorven, er klinkt geen muziek En geen deur meer die nog open gaat. Refr. Daar in dat klein menselijk leed in de straten Daar is geen mens meer gelukkig of blij Daar in dat klein menselijk leed in de straten Daar telt je zelf of vrije wil niet meer mee De toog ziet geen kopers, er zijn ook geen lopers De klokt hangt heel groot aan de muur De trekkast die staat maar te staan naast de jukebox ’t Is stil op dit nachtelijk uur Elk mens, rijk of arm, als een kip op een farm Ogehokt en kan nergens meer heen Zelfs Facebook of Zoom en ook Instagram helpt niet Want iedereen voelt zich alleen. Refr. Daar in dat klein menselijk leed in de straten Daar is geen mens meer gelukkig of blij Daar in dat klein menselijk leed in de straten Daar telt je zelf of vrije wil niet meer mee. De wereldproblemen die lijken nu even niet zo belangrijk dit moment Want ieder zijn sores die schuift nu naar voren omdat hen het lijflijk beklemd De enige die zij nog aan kunnen kijken dat zal slechts hun spiegelbeeld zijn De mensen die zijn ongelukkig gewoon, ja de mensen die leven in pijn. Refr. (2x) Daar in dat klein menselijk leed in de straten Daar is geen mens meer gelukkig of blij Daar in dat klein menselijk leed in de straten Daar telt je zelf of vrije wil niet meer mee ©FuroreHugo